wij zijn ons nodeloos kwijtgeraakt als zand tussen vingers
in zijstraten verloren gelopen
ergens onderweg, langs gevels waarachter
de mens zich schichtig ervan weerhoudt een mens te zijn
desolaat is de coma die er plots was als een dooiehoek
en ons verliet, fluisterend als nachtmist
achtergelaten gezichten zonder einde gapen als
wonden in de verwondering van onkennis
vlak voor de aanstaande duisternis die (yes!)
lokt als heroïne, dragen we als pakezels
met botcement verstevigde knieën en botlozeruggen
we tillen er plasma’s hoog boven onze gladgestreken
koppen en smalen er over een trofee van zitzakkerij en
ja met ons is alles prima joh!
het laat ons denken helden te zijn
een keer voordat we neergaan als een dag zonder vleugels
en de nacht terstond
Geen opmerkingen:
Een reactie posten